Een grote groep inwoners van Putten verzamelde zich onlangs in het gemeentehuis om te praten over het voorkeurstracé voor de zuidelijke ontsluitingsweg. De bespreking stond op de agenda van de commissie EBOR (Economie, Bestuur en Openbare Ruimte).
Opmerkelijk was dat maar liefst dertien bewoners gebruik maakten van hun spreekrecht. Twaalf van hen uitten hun bezorgdheid en ongenoegen over de mogelijke komst van de zuidelijke ontsluitingsweg. Een bewoner sprak namens verschillende inwoners van de Harderwijkerstraat die de ontsluitingsweg van groot belang vinden voor het ontlasten van het dorp qua verkeer.
Wethouder Nieuwenhuizen sprak zijn onzekerheid uit over de gevolgen die een besluit van de provincie over oude bosgroeiplaatsen kan hebben voor de geplande route van de ontsluitingsweg. Er is nog geen definitief besluit van de provincie, wat enige onzekerheid oproept over de toekomst van het project.
Er werden ook vragen gesteld over de financiering van het project. De wethouder gaf aan dat er een grotere verdiepingsslag nodig is en dat er wordt gezocht naar organisaties die willen meefinancieren. Hij schatte de kosten en aanvullende maatregelen voornamelijk voor rekening van de gemeente.
Reacties van commissieleden varieerden, maar lieten duidelijk zien dat de financiële aspecten van het project een punt van zorg zijn. Van Dam van Gemeentebelangen stelt dat niks doen geen optie is. De economische impact van het project was echter een voornaam punt van zorg voor Luitjes van Wij Putten.
De wethouder riep op tot zorgvuldigheid en benadrukte dat een verdere verdiepingsslag nodig is om de haalbaarheid van het project te bepalen. Op donderdag 28 november zal de gemeenteraad zich verder uitspreken over de zuidelijke ontsluitingsweg.